De kringloop van water
Druppels die tijdens een regenbui op de grond vallen, zakken heel langzaam in de grond. De grond bestaat uit verschillende soorten aardlagen. Door sommige aardlagen zakken waterdruppels gemakkelijk naar beneden (door zand bijvoorbeeld); bij andere aardlagen komen waterdruppels er bijna niet doorheen (klei bijvoorbeeld). Als een druppel water 10 meter naar beneden is gezakt, is hij al tussen de 10 en 50 jaar oud. Gaat hij nog verder naar beneden, dan gaat dat steeds langzamer. Als het een druppel lukt om tot 100 meter naar beneden te zakken, dan is hij al vele duizenden jaren oud. Uiteindelijk komen de druppels terecht bij een aardlaag waar ze niet meer doorheen kunnen. Daar blijven ze bewaard.
Op verschillende plaatsen wordt water uit die ondergrondse 'bron' omhoog gepompt. Soms liggen deze bronnen wel 300 meter diep. Van dit water maken we kraanwater. Dit kraanwater wordt door ons gebruikt, bijvoorbeeld om te drinken of om mee te douchen. Daarna gaat het naar het afvoerputje, waarna het in het riool terechtkomt. Dat rioolwater wordt schoongemaakt, komt in de rivier terecht en stroomt uiteindelijk naar zee. Het zeewater verdampt en stijgt op. Boven in de lucht koelt die damp af en verandert in een wolk. Die wolk zorgt weer voor een regenbui. En de druppels die tijdens een regenbui op de grond vallen, zakken heel langzaam de grond in. Maar dat wist je al…
Uit de grond of uit de rivier
In Nederland wordt op drie manieren kraanwater gemaakt: van water dat uit de duinen komt, van water dat in de grond zit en van water dat uit rivieren wordt gehaald. In het grootste deel van Nederland wordt kraanwater gemaakt van water dat in de grond zit. Dit grondwater is al zo schoon dat we nog maar een paar stappen moeten zetten om het goed schoon te maken. In het westen van het land, aan de kust, is het grondwater te zout om er kraanwater van te maken. Daarom wordt daar rivierwater of duinwater gebruikt.
Het schoonmaken van dat water duurt lang en is ingewikkeld. In Brabant wordt alleen grondwater gebruikt. Hoe schoner het grondwater, hoe minder moeite we hoeven te doen om het zó schoon te maken dat we het ook kunnen drinken.
Waterwingebieden en grondwater
Het schoonste grondwater is het water dat het diepst in de grond zit. Maar het scheelt ook als de grond waar we het water uithalen 'schoon' is. Hoe schoner de grond, hoe minder vies de druppels worden die naar beneden zakken. Daarom wordt er alleen water omhoog gepompt in speciale gebieden.
Deze gebieden heten waterwingebieden. Veel van die gebieden liggen in de natuur. Brabant Water zorgt er goed voor dat zo'n waterwingebied schoon blijft. Soms worden de waterwingebieden extra beschermd. Met een, het woord zegt het al, grondwaterbeschermingsgebied. Zo'n gebied ligt om het waterwingebied heen. Je mag daar wel wonen, maar er gelden allerlei strenge regels.
Raakt het water op
Raakt het grondwater nooit op, vraag je je misschien af? Nee, gelukkig niet. Met Brabant Water is afgesproken hoeveel water ze per jaar omhoog mogen pompen. Hoeveel dat is, hangt af van de hoeveelheid water die erbij komt door regen. Zo kan de kringloop van water alsmaar doorgaan.